Veelgestelde vragen
Zijn de beelden altijd juist?
Helaas niet. Zoals bij elk meetinstrument, is ook een weerradar onderhevig aan een aantal meetfouten. Deze fouten leiden vooral tot een over- of onderschatting van de neerslaghoeveelheden. In bepaalde gevallen zal een radar geen neerslag waarnemen, ondanks het bestaan ervan. In andere gevallen zal een radar reflecties waarnemen zonder dat er neerslag is. We zullen ons hierna beperken tot de voornaamste bronnen van meetfouten.
Fouten die te wijten zijn aan de meetmethode van een radar
De weerradar is een vorm van telemeting, dus het op afstand meten van een parameter. Een radar meet de hoeveelheid teruggekaatste energie die uitgezonden werd, en eigenlijk zijn wij geïnteresseerd in de hoeveelheid neerslag aan de grond. De omzetting van gereflecteerde energie naar hoeveelheid neerslag is niet eenvoudig, en geeft aanleiding tot belangrijke fouten. Bovendien doet de radar metingen op een zekere hoogte boven de grond, zoals te zien op de figuur, en dit is afwijkend van een meting aan de grond.
Grondecho's en interferenties
Een radarstraal kan bij zijn weg door de atmosfeer worden gehinderd door allerlei obstakels: bomen, torens, elektriciteitsmasten, heuvels, ... Deze voorwerpen geven een radarecho die kan worden geïnterpreteerd als neerslag. Anderzijds zijn regenzones die achter een heuvel liggen gedeeltelijk onzichtbaar, en dit geeft dan aanleiding tot een onderschatting van de hoeveelheid neerslag. De radarsite van Wideumont werd zodanig gekozen dat een minimum aan obstakels aanwezig is. Het merendeel van de tijd zijn enkel grondecho's te zien van een deel van de Hoge Venen, en van de heuvels rond de Maas op Frans grondgebied. Soms zijn zeer veel grondecho's zichtbaar, en dit doet zich voor bij abnormale propagatie (zie hieronder) van het radarsignaal. Interferenties door radiozenders die op dezelfde frequentie als de radar opereren geven ook storingen op de radarbeelden. Deze interferenties zijn te herkennen aan hun langgerekte vorm, en kunnen een volledige sector van het radarbeeld onbruikbaar maken.
Abnormale propagatie
Bij standaard atmosferische condities volgt de radarstraal een traject dat minder gebogen is dan de aardkromming, en zal de radarstaal de grond dus niet raken. Maar bij abnormale atmosferische condities volgt de radarstraal een traject dat net méér gebogen is dan de kromming van de aarde. Het gevolg hiervan is dat de radarstraal, op een zekere afstand van de radar, de grond zal raken. We zien dan op de beelden zones ontstaan die gelijken op neerslagzones. Abnormale propagatie doet zich vaak voor bij temperatuursinversies.
Het volgende beeld, genomen op 15 juni 2021 om 6u25 universele tijd, bevat grondecho's als gevolg van abnormale propagatie (het ruispatroon) en ook een duidelijke interferentie (de prominente lijnstructuur). Het radarbeeld toont dus een regenzone die er niet is. Door deze factoren is het correct interpreteren van radarbeelden een essentieel onderdeel bij het gebruik van deze beelden.
Een zorgvuldige verwerking van de radarmetingen is nodig om de neerslagbeelden te produceren die beschikbaar zijn op de website en KMI-weerapp. Deze verwerking omvat de verwijdering van de niet-meteorologische signalen, de correctie van verschillende radarfouten en de correctie van de intensiteiten aan de hand van gegevens van regenmeters (pluviografen).