Droogte voorjaar 2025

Sinds 1 maart 2025 is er in Ukkel nog maar zeer weinig neerslag gevallen. Wanneer we de periode van 1 maart 2025 t.e.m. 8 april 2025 vergelijken met exact dezelfde periodes uit het verleden, dan is deze van 2025 met slechts 7,8 mm neerslag de droogste periode van de volledige reeks (sinds 1892). Op de tweede plaats volgt 1893 met 11,8 mm en op de derde plaats 1993 met 16,3 mm. Voor de periode tussen 1 maart en 8 april 2025 tellen we ondertussen ook al 33 droge dagen (i.e. dagen met minder dan 0,1 mm neerslag). Ook dit is een record voor de volledige reeks. In 1893 en 1993 waren er tijdens deze periode 31 droge dagen. Voor dezelfde periode zien we ook een absoluut record in de zonneschijnduur (297u 01min). Het vorige absolute record dateerde van 2011 (253u 20min).

Om een droge periode te kwantificeren wordt vaak de Standardized Precipitation Index (SPI) gebruikt. Deze genormaliseerde index van de gecumuleerde neerslag bekijkt een periode van een vast aantal dagen in het verleden. Zo zal de SPI-1 30 dagen terug in de tijd kijken terwijl de SPI-3 90 dagen terugkijkt. Negatieve waarden van deze index duiden op een neerslagtekort. Een andere vaak gebruikte index is de Standardized Precipitation Evapotranspiration Index (SPEI). Deze index kijkt naar de waterbalans (verschil tussen de totale neerslagsom en de totale evapotranspiratie/verdamping) van de voorbije tijd. Voor de evapotranspiratie spelen onder andere de temperatuur, wind en zon een rol.

Hoever we terugkijken in het verleden, is bepalend om de huidige situatie in te schatten. Uit figuren 1 en 2 kunnen we afleiden dat we in een extreem droge situatie zitten wanneer we één en twee maanden teruggaan in de tijd. Van zodra we drie of meer maanden teruggaan, komen we terug in een normale situatie terecht. Wanneer we met de evapotranspiratie rekening houden (figuur 3), is ook de situatie tot 3 maanden terug op sommige plaatsen nog droog tot lokaal zeer droog.

Gemiddelde droogtesituatie voor België voor verschillende periodes terug in de tijd (van 1 tot 24 maand in het verleden).

Fig. 2: Overzicht van de SPI over het Belgisch grondgebied over verschillende periodes in de tijd (1 maand, 2 maand, 3 maand en 6 maand)

Fig. 2: Overzicht van de SPI over het Belgisch grondgebied over verschillende periodes in de tijd (1 maand, 2 maand, 3 maand en 6 maand)

Fig. 3: Overzicht van de SPEI over het Belgisch grondgebied over verschillende periodes in de tijd (1 maand, 2 maand, 3 maand en 6 maand)

Fig. 3: Overzicht van de SPEI over het Belgisch grondgebied over verschillende periodes in de tijd (1 maand, 2 maand, 3 maand en 6 maand)

De huidige droogte staat in schril contrast met de periode ervoor waarin we gedurende meerdere maanden meer neerslag hadden dan gemiddeld en waarin we (in Ukkel) het record van het aantal te natte seizoen op rij hebben geëvenaard (8 te natte seizoenen tussen de lente van 2023 en de winter 2025). 2024 was voor Ukkel ook het natste jaar sinds het begin van de waarnemingen.

Eerdere droge lentes

De droogste lente ooit sinds het begin van de waarnemingen was deze van 1893 met slechts 37,6 mm. De volledige top-5 van droogste lentes kan hieronder teruggevonden worden. Voorlopig viel er tijdens de lente van 2025 7,8 mm. Dit zegt ons op zich nog niet veel, aangezien de lente van 2025 nog niet eens halfweg is. Indien de rest van de lente droger blijft dan normaal, bestaat de kans wel dat we in de top-5 eindigen. Maar daarvoor is het dus nog afwachten wat de rest van de lente zal brengen.

Top 5 droogste lentes (1 maart tot 31 mei)

JAAR

TOTALE NEERSLAG LENTE

1893

37,6 mm

1976

69 mm

2011

70,7 mm

1875

74,6 mm

1880

87,6 mm

Hoe bepalen we of er sprake is van droogte?

Droogte wordt gedefinieerd als een abnormaal tekort aan water in één of meer delen van de watercyclus. Er zijn verschillende soorten droogte, afhankelijk van de invloed ervan op de watercyclus.

Vanuit een meteorologisch oogpunt wordt droogte gekenmerkt door aanzienlijk minder neerslag dan normaal, gedurende een min of meer lange periode (van één maand tot zelfs verscheidene jaren). Dit staat bekend als een meteorologische droogte. De hierboven vermelde SPI index is een voorbeeld van een manier om deze droogte te kwantificeren.

Droogte kan ook worden gekenmerkt door een tekort aan water in de oppervlaktebodem, wat een nadelige invloed heeft op de goede ontwikkeling van de vegetatie. Dit wordt een landbouwdroogte genoemd. Deze situatie hangt af van de regenval en van het water dat door de bodem en de vegetatie verdampt of getranspireerd wordt (= evapotranspiratie).

Ten slotte is er sprake van hydrologische droogte wanneer meren, rivieren of grondwaterstanden een abnormaal laag peil vertonen.

Cookies opgeslagen